De comeback van small en mid caps
Door Olgerd Eichler, fondsmanager in Mainfirst's Blend / European Equities team
De Europese markten zijn tussen begin 2020 en eind 2023 met bijna 30% gegroeid. Maar bij nadere analyse van deze periode blijkt dat small- en midcap-aandelen ver achterbleven bij de blue chips. Deze trend roept interessante vragen op over de onderliggende dynamiek en over strategische beslissingen.
Large caps vormen de ruggengraat van populaire indexfondsen en hun namen zijn bekend bij mensen die niets te maken hebben met professionele beleggingsanalyse. In onzekere tijden bieden large caps ogenschijnlijk stabiliteit. Wie echter alleen in blue chips belegt, laat een grote kans liggen, want in het verleden hebben small en mid caps het op de lange termijn altijd beter gedaan dan grote en gevestigde bedrijven. Wie 20 jaar geleden in Europese small caps heeft belegd, heeft een totaalrendement van 495% behaald, vergeleken met slechts 226% voor Europese large caps.
Een analyse van de MSCI van november 1975 tot juni 2023 laat zien dat dit geen eenmalige gebeurtenis is en dat tweederangsaandelen het ook buiten Europa over een langere horizon beter doen dan blue chips. Het blijkt dat small caps het in het verleden negen van de tien keer beter hebben gedaan dan large caps over een beleggingshorizon van 15 jaar.
Een van de redenen hiervoor is dat kleine en middelgrote bedrijven niet alleen meer ruimte hebben om te groeien, maar ook flexibeler en innovatiever kunnen zijn. Deze bedrijven hebben vaak minder administratieve rompslomp, waardoor ze niet alleen sneller kunnen handelen, maar ook wendbaar kunnen reageren op veranderingen. Deze inherente flexibiliteit is een belangrijk voordeel.
In een ideaal scenario is het de moeite waard om te beleggen in tweederangsaandelen als het bedrijf begint als een kleine of middelgrote speler en uitgroeit tot een marktleider. Tijdens dit proces stijgen de aandelen van de belegger voortdurend in waarde, wat ongetwijfeld een verheugende ontwikkeling is. Natuurlijk halen niet alle kleine en middelgrote bedrijven de top. De weg is bezaaid met obstakels en veel bedrijven vallen uit de boot. Dat gezegd zijnde, blijven beleggingen in kleinere bedrijven aantrekkelijk, omdat ze een unieke kans bieden om deel te nemen aan dynamische ontwikkelingen en mogelijk uitstekende rendementen te behalen.
Europese tweederangsaandelen lijken meer ondergewaardeerd dan voorheen
De afgelopen drie jaar waren uitdagend voor tweederangsaandelen, omdat beleggers in onzekere tijden vaak geneigd zijn terug te vallen op de zogenaamde veilige havens. De hogere rentetarieven hebben obligaties en geldmarktfondsen ook aantrekkelijker gemaakt, waardoor veel beleggers hun geld uit de aandelenmarkten hebben gehaald.
In absolute en relatieve termen lijken Europese tweederangsaandelen meer ondergewaardeerd dan ze in lange tijd zijn geweest. Terwijl de grote toonaangevende indices zoals de MSCI Europe, de STOXX 50 en de DAX eind 2023 al of bijna nieuwe hoogten hadden bereikt, staan de small cap indices nog steeds ver onder hun recordhoogten van de afgelopen jaren. Dit biedt beleggers aantrekkelijke rendementskansen.
Het verbaast ons dat de kortingen waarmee kleinere aandelen worden verhandeld ten opzichte van blue chips het afgelopen jaar nauwelijks zijn gedaald. Dit is overigens een wereldwijd fenomeen: de trend in waarderingen van de afgelopen jaren ging van een premie op de koers-winstverhouding voor secundaire aandelen naar een korting.
Op 14 december kondigde de voorzitter van de Federal Reserve, Jerome Powell, het mogelijke einde van de renteverhogingscyclus aan en het begin van renteverlagingen in 2024, maar hij ging niet in detail. Onmiddellijk daarna steeg de SDAX met een indrukwekkende 3,5%, terwijl de DAX zelfs daalde met een marginale 0,1%. De MSCI Europe Small Cap Index steeg ook met een aanzienlijke 3,2%, veel meer dan de MSCI Europe Large Cap Index, die slechts 0,5% steeg. Een maand eerder, op 14 november, zagen we de markt op een vergelijkbare manier reageren, toen een duidelijke vertraging van de Amerikaanse inflatie werd gemeld en de markten dit interpreteerden als het eerste teken dat renteverlagingen op komst waren. Dit onderstreept nadrukkelijk het langetermijnpotentieel dat tweederangsaandelen herbergen.
Bovendien worden Europese aandelen verhandeld met een aanzienlijke korting ten opzichte van Amerikaanse aandelen. Dit verschil in waarderingen illustreert niet alleen de verschillende marktomstandigheden, maar biedt ook veelbelovende kansen voor oplettende beleggers. Terwijl Amerikaanse markten soms tegen hogere waarderingen worden verhandeld, lijken Europese tweederangsaandelen ondergewaardeerd te zijn, wat een opwaarts potentieel en ruimte voor aantrekkelijke rendementen creëert. Deze dynamiek illustreert dat de reacties op monetaire aankondigingen en economische signalen niet alleen kortetermijnverschuivingen in de markten veroorzaken, maar ook langetermijnkansen kunnen bieden voor slimme beleggers.
Overgewaardeerde large caps
De oplettende belegger ziet de relatieve aantrekkelijkheid van kleinere aandelen ten opzichte van grote kapitalisaties. Ofwel zijn large-cap aandelen momenteel overgewaardeerd, ofwel zijn small-cap aandelen ondergewaardeerd. Dit subtiele evenwicht biedt ruimte voor strategisch denken en tactische beslissingen in de portefeuille.
Dezelfde deductieve benadering geldt ook voor Europese versus Amerikaanse aandelenmarkten. Een belegger die op dit moment de juiste effecten koopt, kan er in theorie van profiteren als de waarderingen van small- en mid-caps ten opzichte van large-caps en de waardering van de Europese aandelenmarkten ten opzichte van de Amerikaanse aandelenmarkten terugkeren naar hun historisch gemiddelde. Dit creëert een kans op rendementspotentieel dat niet alleen beperkt is tot kortetermijnschommelingen, maar ook uitzicht biedt op een optimalisatie van het rendement op lange termijn.
Small- en midcapbedrijven hebben niet alleen het potentieel om te groeien en te innoveren, maar weerspiegelen ook de diversiteit en veerkracht van de bredere markt. Bij beleggen gaat het niet alleen om het vinden van kansen op de korte termijn, maar ook om vooruit te kijken om op de lange termijn te profiteren van de macro- en micro-economie.